Expeditieteam

Sterrengebergte - 1959

Brongersma met wekfles ‘awot’ Foto: Jaap Reijnders

Een dragerskolonne keert terug in Mabilabol

De zoöloog L.D. Brongersma kreeg de algemene en wetenschappelijke leiding. De marineofficier en vliegenier G.F. Venema was verantwoordelijk voor de techniek en het vervoer. De Koninklijke Marine speelde een belangrijke rol bij het transport.
In vergelijking met voorgaande expedities ging een groot expeditieteam mee. Het wetenschappelijke team bestaat uit wel vijftien personen: geologen, fysisch geografen, een cartograaf, cultureel en fysisch antropologen, plant- en dierkundigen. Een brede en interdisciplinaire expeditie dus. Verder waren er twintig mariniers gecontracteerd, twintig politieagenten, twee artsen, twee medische hulpen, drie lokale ambtenaren en een commissaris van politie. Als dragers waren zo'n dertig Papoea's ingehuurd. Bewoners van omliggende dorpen werkten mee aan de bouw van de gebouwen in de bivakken.

Wetenschappelijk team

Jaap Reijnders met de bevolking van kampong Koekding.

De marinier Vlaanderen neemt vingerafdrukken.

Verstappen op een hangbrug bij Katem.

Eind maart sijpelen de eerste wetenschappers het gebied binnen. Het wetenschappelijke team gaat uiteindelijk bestaan uit de volgende personen, Ch.B. Bär, H.J. Cortel en A.E. Escher voor algemene geologie, J.J. Reijnders voor landbouwgeologie, H.Th. Verstappen voor fysische geografie, de cartograaf F.L.T. van der Weiden, C. Kalkman en B.O. van Zanten voor plantkunde, J. Pouwer en J.C. Anceaux voor culturele antropologie, L.E. Nijenhuis en A.G. de Wilde voor fysische antropologie, voor dierkunde W. Vervoort en twee preparateurs C. van Heiningen en J.J. Staats.